Wachten op Sicard       index
Tijdens de eerste winter in ons Franse huis was het even afzien. De verwarming vond plaats met kleine elektrische radiatorpanelen, en omdat de woonkamer een hoog plafond heeft was het daar maar moeilijk warm te krijgen. Dat lukte met hulp van de houtkachel wel, maar toch was het nooit behaaglijk warm. 

Gelukkig begon de zomer in 2003 erg vroeg. Lekker was dat, na zo’n koude winter, en de temperaturen bleven maar stijgen. Half juni werd het zo’n 40 graden. Dat betekende overdag, de luiken dicht om de warmte buiten te houden, en ’s nachts luchten. En toch bleef het binnen ook tegen de veertig. Niet om uit te houden. Dat moet toch anders kunnen, vonden we: zou het mogelijk zijn om de warmte van de zomer op te sparen voor de winter? Dat kon. 

In een winkelgalerij in de dichtstbijzijnde grote stad stond een verkoper met een ‘système reversible’. Een soort omkeerbare airconditioning die zowel kon koelen als verwarmen. Dat leek ons wel wat. Foldertje, prijzen en andere gegevens opgevraagd en bestudeerd. Het betreffende apparaat bleek te worden geleverd en geïnstalleerd door een firma in Montpellier, zo’n 100 km bij ons vandaan. Dat vonden we eigenlijk niet zo slim, want als er eens wat mis was met de ‘clime’, zoals die ook wel werd genoemd, moest er iemand van ver weg komen. Daarom besloten we maar eens te kijken bij de lokale elektricien. Bovendien vonden we het wel charmant om onze euri bij de plaatselijke middenstand te besteden in plaats van in Montpellier. 

Onze buren raadden ons om contact op te nemen met Monsieur Sicard, die immers alles deed wat met elektriciteit te maken had. Op een van de hete junidagen togen we dus naar St Chinian en zochten Sicard te spreken inzake een clime. Dat ging niet. want die was elders aan het werk, zei madame in de winkel, maar als we telefoon en adres achterlieten zou hij beslist morgen even langs komen om een devis (kostenraming) te maken. Hoe laat ongeveer? Vanaf 8 uur, want hij moest ook nog andere dingen doen. Dat kwam goed uit, lieten we weten, want wij zouden die middag ook weg zijn, bridgen zoals trouwens elke maandag en donderdag. Dat betekende voor ons om half acht wakker worden, naar onze gewoonte dus extra vroeg. Twee dagen later was hij er al, niet om acht uur ’s morgens maar aan het eind van de middag en dat betekende dus dat we 3 dagen achtereen voor ons doen op een onmenselijke tijd hadden moeten opstaan, om niet met de slaap in de ogen door Monsieur Sicard verrast te worden. Het was maar goed dat het zomer was. 

Monsieur Sicard is een kleine, wat gedrongen man, heel on-Frans in een korte broek en een hemd. Met zijn stevige behaarde schouders zou je hem eerder voor een worstelaar op de kermis verslijten en verder hij beschikte over een rappe tong. Dat was wel jammer, want hij sprak een soort Frans dat maar moeilijk te verstaan was. Hij gebruikte veel woorden die we niet begrepen en de woorden die we wél zouden kunnen begrijpen sprak hij extra binnensmonds uit en onverstaanbaar uit. Communicatie met Sicard bleef dus wat lastig, maar hij maakte er veel gebaren bij, was reuze vriendelijk en dat maakte veel goed. Híj ratelde wat, wíj ratelden wat terug en dat maakte de indruk alsof er een goed gesprek gaande was, terwijl het eigenlijk goed getimede afzonderlijke monologen waren. 

De zaak was verder snel bekeken: wat gaten in de muur hakken, mompelde hij, de unité interieur aan de muur hangen, de externe koeler onder de trap buiten plaatsen, wat leidingen, een dag werk. Geen punt, kon direct geregeld worden. Wat gaat dat kosten en hoe lang duurt het allemaal? Oh, je ne sais pas, het is nu donderdag; ik zal een devis maken, die is zaterdag klaar, dan moet het apparaat besteld worden en dat gaat twee weken duren. Of 3-4, dat zouden we nog wel zien. Dat was een goed plan want we hadden geen haast: we zouden de week daarna voor 4 weken naar Leiden gaan, en zou de clime dan meteen bij onze terugkeer in de eerste week van Augustus geplaatst kunnen worden? Absolument, verzekerde M. Sicard. Zaterdag was de devis nog niet klaar, maar wel op zondagmorgen, want dan was zijn winkel ook open; dat was trouwens ook de enige dag dat hij daar te vinden zou zijn. Naar ons later bleek leidde Sicard een overzichtelijk leven: maandag tot en met zaterdag altijd op stap met werk in uitvoering, zondagochtend in de winkel en zondagmiddag de administratie. Hij had weliswaar wat personeel maar die waren volgens ons steeds afwezig, ziek of met vakantie. Het devis leek verder in orde, dus was opdracht in een oogwenk geplaatst: iedereen blij. De eerste week van augustus dus, het liefst dinsdag of anders woensdag? Parfait, monsieur.

Vanuit Nederland hebben we nog een keer opgebeld om te zeggen dat we echt de eerste week van augustus terug zouden zijn en dat we hem dan die dinsdag verwachtten. Afgesproken, monsieur. De maandag na onze terugkeer zijn we direct bij Sicard langs gegaan. Inderdaad de apparatuur was binnen gekomen. Nu het plaatsen nog; dinsdag of woensdag zoals afgesproken. Dinsdag ging niet, maar woensdag wel. Hoe laat. Ik begin altijd om 8 uur zei Sicard. Vroeg opstaan die dag, maar om 12 uur was hij er nog niet. Maar eens in de telefoon geklommen, om te informeren of hij niet ziek geworden was. We troffen hem natuurlijk niet op de zaak maar wel op zijn mobiel. Er volgde een lang, snel en onverstaanbaar verhaal. Enfin, er was iets tussen gekomen en het zou donderdag worden, ja vanaf 8 uur. Wéér vroeg opstaan, dus. Om half tien was hij er al en begon met het uitpakken van de dozen. 

Bloedheet was het die dag, boven de veertig graden. Sicard wilde alleen maar water drinken, véél water. Tijdens het werk deed-ie niet aan bier (een geruststellende gedachte) en koffie of wijn drink je in Frankrijk sowieso alleen maar bij het eten. Hij dronk zich dus suf aan water, vulde zelf de flessen weer aan en zette ze terug in de koelkast. Hij klopte, boorde, schroefde en veegde terwijl het zweet van zijn in slechts korte broek gehulde lichaam droop. Af en toe ging zijn mobiel, en dan volgde een waterval van onverstaanbaar Frans; waarschijnlijk andere klanten waar hij de komende maandag om acht uur al dan niet op de stoep zou staan, maar dat was onze zaak tenslotte niet. Maar om vier uur hing was alles klaar en kon de courant aangezet worden.

Over de betaling wilde hij niet lastig gevallen worden. Voor dat soort dingen moesten we maar eens langs komen in de winkel als we tijd hadden en misschien was volgende week de rekening al klaar. Hoe moet je hem bedienen, vroeg ik nog toen hij naar huis wilde gaan. Uit de sicardiaanse spraakwaterval begreep ik dat het allemaal erg eenvoudig was en als er een probleem was moest ik maar bellen. Snel duwde hij op wat knoppen en de télécommande en een paar minuten later kwam er frisse lucht uit de clime. Miraculeux, n’est pas? Dat was het. Hoewel de gebruiksaanwijzing eigenlijk alleen maar bleek te gaan over het instellen van de timer op de afstandsbediening en we niet zoveel hadden aan de verstrekte installatiehandleiding zouden we uiteindelijk wel te weten komen hoe het allemaal werkte. Zo moeilijk kon dat toch niet wezen. 

Prachtig was het allemaal: zachtjes zoevend blies de ventilator de verkoelende lucht door de woonkamer en voorwaar, de temperatuur daalde tot comfortabele laagte en op een gegeven moment zelfs iets daaronder. Toen de hittegolf eenmaal voorbij was, kon de clime afgezet worden, zodat die zich in alle rust kon voorbereiden op het winterseizoen. Een goede investering, vonden we heel tevreden. Nu nog eens zien hoe het in de winter met verwarmen zou gaan. 

In november was het zover. Toevallig een nare en natte maand, dus heel geschikt om de verwarming te gebruiken, om te beginnen met de koudere avonden. Aanzetten was simpel, gewoon op de stand Verwarmen zetten en het instellen van de temperatuur leverde ook geen problemen op. Er gebeurde niks. Lampjes gingen aan en uit, maar er kwam geen warme lucht uit. Nou ja, toen ik eenmaal een kwartiertje bezig was geweest om alle knopjes en combinaties daarvan te proberen kwam er plotseling leven in de brouwerij. Uit wat dieper onderzoek bleek dat de clime een aanlooptijd van een paar minuten nodig had om te beginnen met verwarmen. Handleiding? Nee, daarover stond er niets in. De ventilator begon dus te draaien en even later stroomde een behoorlijke hoeveelheid warme lucht te kamer in. Met een kwartiertje was het behaaglijk warm in huis. 

Het enige probleem was dat hij blééf verwarmen, tot dat het zelfs ons koukleumen te gek werd. Dus een nieuwe studie wijden aan het knoppendom. Er bleek een knopje op de afstandbediening te zitten waardoor die als thermostaat zou dienen. Dat werkte, want nu schakelde de verwarming uit toen de gewenste temperatuur bereikt was. Dat merkten we overigens aan de luchtstroom uit de clime: die was nu kóud in plaats van warm, zodat de temperatuur al snel weer tot een suboptimaal niveau teruggebracht werd. Eerst verwarmen en dan ongevraagd gaan koelen, dat kon niet goed wezen, vonden we. Ook in de daarop volgende dagen bleef het een heel gedoe, dus werd het tijd om Sicard om verdere instructie en uitleg te vragen. 

We troffen hem zelf aan de telefoon. Hij begreep het probleem en zou direct langs komen, of anders morgenochtend, ja vanaf acht uur. Direct komen lukte kennelijk niet meer, dus dat werd weer vroeg opstaan, en dat nog wel in de winter…. Later, aan het eind van de middag, kwam hij bezorgd binnen. Na de beschrijving van het probleem volgde een uitvoerige maar half verstaanbare uitleg, zodat we nu wisten op welke knoppen we moesten duwen. En dat de clime koude lucht blies als de gewenste temperatuur bereikt werd was normaal: de verwarming schakelde correct af maar de ventilator zou altijd blijven draaien om de lucht in de kamer te laten circuleren. C’est la difference, monsieur. Hij blies dus geen koude lucht, doceerde Sicard, maar circuleerde lucht op kamertemperatuur.

Wetenschappelijk gezien een heldere en acceptabele verklaring maar voor ons bleef het effect hetzelfde. Maar ja, zo zat de techniek nu eenmaal in elkaar en daar viel niks aan te veranderen. Het bleef een beetje tobben. Afgezien van de koude circulatie, waren er nog andere onaangenaamheden. Soms sloeg hij niet meer af en vaak zetten we hem maar uit om niet in de koude lucht te zitten. Een plezierige eigenschap van de clime was wél dat er twee timers in zaten zodat je hem op bepaalde tijden kon laten starten en stoppen. Dat betekende dat we in de ochtend al direct bij het opstaan een warme woonkamer binnenkwamen, en ook dat bij het thuiskomen op de bridgemiddagen aangenaam warm was. Tenminste, dat was de theorie. 

In de praktijk werkte dat niet helemaal zo. Meestal ging het goed, maar een toenemend aantal keren bleek de verwarming nog gewoon uit te staan, soms bleek hij in de koude circulatiestand te staan, terwijl het nog lang niet warm genoeg was, en een enkele keer bleek de automatiek geblokkeerd te zijn, zodat hij helemaal niet meer op de afstandbediening reageerde. Bellen en wachten op Sicard dus. In december en januari is hij een keer of vier geweest en dat betekende ook steeds vroeg opstaan, want we durfden niet te riskeren dat hij ons in de slaap zou verrassen of bij het vinden van een dichte deur weer weg zou gaan. 

Trouwhartig en behulpzaam heeft hij elke keer de clime opengeschroefd, nagemeten, dichtgemaakt, uitgelegd hoe de clime te resetten en hoe op de goede knoppen te duwen. En elke keer bleek het lastig te zijn om hem ervan te overtuigen dat er naar ons idee iets niet helemaal niet goed was met de thermostaat. Maar Sicard wilde niet zomaar accepteren dat er iets mis was want volgens hem was het allemaal een kwestie van de goede knoppen indrukken en wat meer ervaring zouden we zeker veel plezier aan de clime beleven. We experimenteerden nog wat met de opstelplaats van de afstandbediening, installeerden zelfs een speciaal (door ons zo genoemd) pilotenplankje, waarop alle afstandbedieningen (we hebben er nu al vijf) gezellig bij elkaar liggen. Dat hielp niet veel, maar we konden wel alle télécommandes nu snel terugvinden. Dat was pure winst. 

In februari waren het getob zat en vonden we dat er iets drastisch moest gebeuren. Nieuwe thermostaat of nieuwe clime of zo, maar we begrepen ook dat Sicard zich niet zonder slag of stoot gewonnen zou geven. Als eerste begonnen we dus nauwkeurig op te schrijven wat er allemaal mis ging, met datum, tijd, omstandigheden en het precieze probleem. Inmiddels was er bijna elke dag wel iets te melden. Dat betekende overigens niet dat we steeds maar in de kou zaten, want met het handmatig naregelen was het lekker warm in huis te krijgen. Nee, het was vooral de automatiek die ons in de steek liet. Na twee weken ontdekten we dat als we ’s avonds de thermostaat correct hadden ingesteld, die de volgende ochtend ‘vergeten’ was wat hij moest doen. Geheugenprobleempje door voortschrijdende ouderdom? 

Toen we 5 weken lang alle onregelmatigheden opgeschreven hadden zijn we met het logboek naar de winkel getogen om te zeggen dat er nu toch eens iets moest gebeuren. Mevrouw zou het aan Sicard geven die dan onmiddellijk zou langskomen. Misschien al wel direct op maandag. Maar niet in de middag, begonnen we. Nee, zei ze uit ervaring wijs geworden, want dan bent U bridgen in Narbonne. In de ochtend dus, voegde ze er aan toe. En wij, ook wijzer geworden: vanaf acht uur? Of anders op dinsdag, als hij op maandag nog niet geweest is, riep ze ons nog na toen we de winkel uitliepen. We begonnen elkaar te begrijpen. 

Dat kostte ons weer twee uren slaap, want het werd inderdaad pas dinsdagmiddag, inmiddels eind maart. Gewapend met ons logboek kwam hij het slagveld inspecteren en zag direct wat de oorzaak was. De télecommande lag op de pilotenplank op twee meter afstand met zijn infrarode oog naar de clime te staren en dat was niet goed. Die hoorde op één meter afstand aan het kozijn naast de clime en dan met het oog naar het plafond gericht. Naar het plafónd, vroegen we verbaasd, want dat was daar wel vier meter hoog. Bien sur, aldus Sicard, die zelf helemaal geen oog had voor ons slaaptekort. We konden eigenlijk niet geloven dat de oplossing zo eenvoudig zou zijn, maar gehoorzaam -zij het met enige argwaan- bevestigden we de télecommande op de aangegeven plek en vernieuwden voor alle zekerheid ook de batterijen. De beloofde verbetering bleef dus uit, sterker nog: regelmatig begon het apparaat wel eventjes met verwarmen, maar ging dan al spoedig over tot het circuleren van koude of hoogstens lauwe lucht. Het was maar goed dat het voorjaar begonnen was en hoewel april tamelijk frisjes was, lagen de temperaturen in elk geval een stukje hoger dan in februari. Inmiddels leek het er op dat onze gebruikelijke zondagse rit naar de markt in St Chinian was uitgebreid met een ritueel bezoek aan het Etablissement Sicard. Toen we een keer oversloegen vroegen we ons bezorgd af of ze niet zouden denken dat we ziek waren geworden. 

Begin april leverden we de nieuwe en langere lijst met klachten in. Sicard was aanwezig, en kwam ons verheugd tegemoet. Hij was met ons logboek naar Montpellier geweest om bij de regionale dealer een meetinstrument op te halen om onze clime door te meten. Maar hij was vooral blij daar te horen dat het probleem bij ons niet zomaar een incident was, maar dat het een fout in een hele serie betrof en dat er al veel meer soortgelijke klachten waren en dat dus de thermostaat zou worden vervangen. We waren daar zelf ook heel verheugd over, want nu werd toch maar even mooi vastgesteld dat we niet zomaar een paar buitenlandse halvegaren waren, die nauwelijks een ongecompliceerd apparaat konden bedienen. Er zou een nieuwe thermostaat gestuurd worden en zodra die arriveerde kwam hij hem vervangen, waarschijnlijk de volgende week al. 

Twee weken later, toen buiten de temperaturen langzaam opliepen, zijn we eens gaan vragen hoe het er mee stond. Monsieur Sicard was naar Parijs om hoogstpersoonlijk uitleg over onze pech te krijgen en een handvol thermostaten op te halen. Maar een dezer dagen zou hij zeker langskomen om de zaak in orde te brengen. Misschien morgen al. Onverwacht verscheen enkele weken later, half mei op een vrijdagmiddag, de auto van Sicard bij ons huis. Hij moest alleen niet bij ons zijn maar bij de buren. De nieuwe thermostaat was gearriveerd en die kwam hij dus even brengen dan zou hij hem maandag niet vergeten als hij kwam om hem te installeren. Maandagochtend, ja, vanaf acht uur, maar niet in de middag, want waren we weg. Ja, wist hij, bridgen in Narbonne. Nog één keertje vroeg opstaan dus. Nou, twee keer dan, want hij kwam uiteindelijk pas op dinsdag, om een uur of elf. 

Dinsdag 18 mei, aan het eind van de middag gebeurde het wonder: het leven van onze clime werd verrijkt met een nieuwe thermostaat. Ziezo, glunderde hij, nu kunt de verwarming in de komende weken even testen en laat me dan weten of het allemaal geholpen heeft. Dat testen van de verwarming gaan we ook doen. We weten alleen nog niet hoe: buiten is het boven de 25 graden en binnen ook 23 à 24. Een verwarming aanzetten lijkt dan op het eerste gezicht niet geheel zinvol. We dachten er eigenlijk over om de koeling maar vast eens te gaan proberen, omdat het eerstdaags nóg warmer gaat worden. Maar Sicard wil de resultaten weten en na alle moeite die hij gedaan heeft staat hij daarmee natuurlijk in zijn volste recht. Gelukkig kunnen we na het testen direct de koeling aanzetten. Hoe dan ook, er is een eind gekomen aan een periode waarin we veel maandag- en dinsdagochtenden met slaap in de ogen het ontbijt hebben genuttigd in een koude kamer, wachtend op Sicard. Koud zullen we het dus voorlopig niet meer hebben, en gewoon slapen kan ook weer. Vroeg opstaan hoort voorlopig tot het verleden. 

Tenzij…………

Wat we vreesden gebeurde uiteindelijk toch: het stookseizoen brak aan dus moest er weer gestookt worden. Geëquipeerd met opnieuw ingeregelde clime gaf dat gelukkig geen problemen. In het begin van december ging echter af en toe toch iets mis met de instellingen van de thermostaat. Daarom moesten natuurlijk eerst weer de feiten op een rijtje gezet worden. De zondag voor we naar Nederland zouden vertrekken liepen we maar weer eens bij Sicard binnen, om alvast vertrouwd te maken met de gedachte dat we over een maand of weer met een lijst van problemen zouden langskomen. We troffen hem zoals gebruikelijk in de winkel. Aha, sprak hij verheugd, komt dat even goed uit. Ik heb net de nieuwe thermostaat binnengekregen en morgen kom ik hem installeren. Nieuwe thermostaat?? Wij wisten van niks, maar een goede thermostaat is natuurlijk nooit weg. Is goed, zeiden we, kan dat dan in de ochtend want op maandag zijn we meestal weg. O ja, bridgen in Narbonne, zei hij wijs, Dinsdag dan? Dat was de geplande datum voor de terugreis naar Nederland, dus spraken we af dat hij eind januari langs zou komen om de thermostaat de installeren.

Zes weken later, op zondag, liepen we langs om te zeggen dat de nieuwe thermostaat nu elk moment welkom was, alleen niet op maandag- en niet op donderdag-middag. Hij beloofde op dinsdag te komen. Vanaf een uur of acht? Ja, zoiets. Woensdag om 11.00 klopte hij aan en na een half uurtje liep de clime als een zonnetje. 

Dat was maar goed ook, want in februari werd het echt koud. Het was nog een beetje tobben om de woonkamer in de ochtend op tijd warm te krijgen: of via de timer om een uurtje vóór het opstaan laten beginnen, of de hele nacht op een laag pitje laten doorverwarmen. Beide methoden hadden zo hun bezwaren, en na een week of drie maakte het helemaal niet meer uit. Wat je ook deed het werd niet warmer dan een graag of 16 en dan duurde het tot een uur of 11 tot het een beetje warmer werd. Wij denken meteen aan verkeerd ingestelde timers of verkeerde bediening maar na een paar dagen kleumen merkten we dat er eigenlijk helemaal geen warme lucht meer uit kwam, alleen maar een beetje lauw, onvoldoende dus om de kamer warm te krijgen. Gelukkig kunnen we ook nog hout uit voorraad stoken, dus met wat vlijt werd het toch nog wel warm. Wel was het na 3 dagen een reden om Sicard te bellen. Dat was op een maandagochtend, dus was Sicard onderweg en kreeg ik iemand in de winkel aan de telefoon; die zou de boodschap aan de patron doorgeven. Dinsdag was hij er al, controleerde eerst natuurlijk of de afstandbediening wel op de goede plek hing en of die suffe buitenlanders niet op de verkeerde knoppen hadden geduwd. Uiteindelijk voelde hij toch ook dat de temperatuur van de verwarmingslucht veel te laag was. Er zit te weinig gas in de buiten-unit, verstond ik. Curieus, voor een elektrische apparaat, maar in Frankrijk kijk je nergens van op. Sicard stormde naar buiten om de buiten-unit te inspecteren. Inderdaad, zei hij, ik dacht het al, er zit ijs op het rooster. Gas/glace, daar werd in elk geval het eerste misverstand ontmaskerd. Aan de onzichtbare achterkant van de buiten-unit zat een centimeter dikke ijs-laag op het ventilatie rooster, geen wonder dat er nauwelijks meer warme lucht uit kwam. 

Nee, dat was niet normaal, vond ook Sicard. Waarschijnlijk is de temperatuur sonde voor de automatische ontdooier kapot. Hij zou wel eens langskomen om er een nieuwe in te zetten. Maar wat doen we in de tussentijd, wilden we graag weten. Dat is zo gepiept, vond hij. Hij had inmiddels de installatie op airco gezet zodat de huiskamer verder gekoeld zou worden. Onaangenaam, maar wel slim vond hij, want nu ging de warme kamerlucht langs het ijsrooster zodat het vanzelf zou ontdooien. Toen dat gebeurd was mocht de verwarming weer gewóón gaan draaien. Ik kom binnenkort een nieuwe sonde installeren en tot die tijd moet U het zelf even in de gaten houden. Als er ijs op zit, dan gewoon een half uurtje de airco aan. Het wordt er wel koud van in de huiskamer, maar het probleem is daarna wel opgelost. 
Dat klopte precies, af en toe ontdooien, zodat we het flink koud kregen en daarna verwarmde hij weer. Nu nog even wachten tot Sicard een nieuwe sonde zou komen inzetten. Dat ging niet zomaar, maar daags nadat ik hem bij het kerkhof had klemgereden kwam hij dan toch de nieuwe buiten-sonde installeren. 

Na een paar dagen merkten we dat hij het niét goed deed. Weliswaar bevroor hij niet meer, maar nu bleef het ding maar dóórverwarmen zodat het bloedheet in de kamer werd. Net, toen we weer eens langs Sicard wilden gaan, stond hij voor de deur, na een bezoekje bij de buurvrouw, die al een poosje met een kapotte TV zat. hij kwam informeren of alles het nu goed deed. Nee, zeiden we, hij houdt niet op met verwarmen. O, zei hij monter, dan is de kamer-sonde  ook kapot. Kom ik overmorgen vervangen. 
Twee weken later was hij er al, zonder dat we verder hadden moeten aandringen. Inmiddels hadden we ook al ontdekt dat we de afstandbediening niet op een te koude plek moesten neerleggen omdat dan de hele temperatuur regeling in de war raakte. 

De verwarming zou het nu dus goed moeten doen, net op tijd, want over een paar dagen hoeft hij niet meer aan omdat dan de warme tijd begint. We kunnen hem nog maar heel even testen. Gelukkig was het vandaag (9 april) tamelijk fris, maar de verwarming deed het, dankzij de sonde van Sicard. 


index  

print